Belangrijke fiscale ontwikkelingen voor de agrarische sector

woensdag 15 mei 2024

Als ondernemer in de agrarische sector weet je dat stilstand geen optie is. Het is essentieel om op de hoogte te blijven van de laatste ontwikkelingen binnen de agrarische sector. In dit blog gaan we dieper in op de meest recente fiscale ontwikkelingen, regelingen en innovaties die de agrarische sector transformeren.

Belastingrente

De belastingrente voor de inkomstenbelasting bedraagt maar liefst 7,5 procent. Voor de vennootschapsbelasting bedraagt deze zelfs 10 procent. Door op tijd een goede schatting te maken van het belastbaar inkomen of de winst, kan belastingrente worden voorkomen. De rente wordt voor het belastingjaar 2023 berekend vanaf 1 juli 2024 tot en met zes weken na dagtekening van de (voorlopige) aanslag. Dit betekent dat het van belang is in  mei een nadere voorlopige aanslag aan te vragen. Inmiddels zijn er vanuit Visser&Visser al voor veel klanten voorlopige aanslagen 2023 aangevraagd.

WOZ-waarde bepaalt afschrijving

De WOZ-waarde is belangrijk voor het bepalen van de grondslag van afschrijvingen. Voor de inkomstenbelasting is de impact van de WOZ-waarde vanaf 2024 nog groter. De afschrijving in de inkomstenbelasting is namelijk vanaf 2024 beperkt tot aan de bodemwaarde van 100% van de WOZ (zoals dat al van toepassing was voor de vennootschapsbelasting). De bodemwaarde bepaalt de ruimte voor afschrijvingen. Het advies is om de taxatiebedragen op de WOZ-aanslag kritisch te beoordelen. Vraag standaard een taxatieverslag op zodat duidelijk is op welke wijze de WOZ-taxatie tot stand is gekomen.

Bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) 

Bij een bedrijfsoverdracht binnen een familie wordt gebruik gemaakt van de bedrijfsopvolgingsregeling. Aan de BOR zijn voorwaarden verbonden:

  • het bedrag van de schenking moet betrekking hebben op ondernemingsvermogen in bijvoorbeeld  maatschap, V.O.F. of B.V.;

  • de onderneming moet tenminste 5 jaar voorafgaand aan de vermogensoverdracht door de schenker (ouders) geëxploiteerd zijn;

  • de onderneming moet na datum bedrijfsoverdracht tenminste 5 jaar worden voortgezet. 

Wijzigingen per 1 januari 2024

Per 1 januari 2024 geldt de BOR-vrijstelling niet langer voor onroerende zaken die ondernemers verhuren of verpachten.  Van belang is dat landbouwgrond niet voor een langere periode wordt verpacht.  De wetgever heeft een uitzondering gemaakt voor tijdelijke verpachting in het kader van vruchtwisseling. Vereist is hierbij dat  dat is vastgelegd in een schriftelijke teeltpachtovereenkomst. Teeltpacht is volgens het pachtrecht alleen mogelijk bij “noodzakelijke” vruchtwisseling. Dit implicieert dat niet alle situaties gedekt zijn. De aard van het gebruik door de pachter wordt van groot belang.

Samenwerkingen

In de akkerbouw komen steeds meer samenwerkingsvormen voor. Vaak wordt een onderneming ingebracht in een samenwerking met derden. Bij een bedrijfsopvolging is van belang dat een samenwerking wordt aangegaan voor de daadwerkelijke bedrijfsoverdracht. Wanneer een samenwerking wordt aangegaan binnen vijf jaar na bedrijfsoverdracht en toepassing van de BOR, is het risico aanwezig dat niet wordt voldaan aan de voortzettingseis.

Voorgestelde aanpassingen voor de BOR voor Belastingplan 2025.

De wetgever vindt het belang de BOR in stand te houden, maar wil deze wel toekomstbestendiger maken. Het voorstel is om de BOR bij een B.V. alleen toe te staan op gewone aandelen in een B.V. (waarin een onderneming wordt gedreven), waarbij de overdrager een minimaal belang van 5% heeft.

In de huidige regeling is voorgeschreven dat ondernemingsvermogen of aandelen in een B.V. minimaal vijf jaar in bezit moet zijn van de schenker voorafgaand aan datum schenking (de zogenaamde bezitseis). Bij overlijden is de bezitseis één jaar. De wetgever wil deze termijnen verlengen bij schenkingen c.q. verervingen door personen die ruim boven de AOW-gerechtigde leeftijd zijn om misbruik tegen te gaan. In de praktijk komt het voor dat een ouder familielid een bedrijf koopt en vervolgens de onderneming na vijf jaar schenkt aan een kind en hierbij gebruik maakt van de BOR.

Het kabinet wil knelpunten voor ondernemers wegnemen door versoepeling van de bezits- en voortzettingseis. Zo wordt het makkelijker gemaakt om te herstructureren in de bezitsperiode en in de voortzettingsperiode. Als de juridische vorm van de onderneming verandert (verandering van de structuur of verandering van de rechtsvorm) hoeft dit geen belemmering te zijn voor de BOR. Daarnaast wordt ook de minimum voortzettingstermijn verkort per 1 januari 2025, van vijf naar drie jaar. 

Landbouwvrijstelling

De landbouwvrijstelling opnieuw onder de aandacht gekomen van het kabinet. Er is een onderzoeksrapport gepresenteerd door onderzoeksbureau SEO aan minister Adema met de volgende conclusie:   

‘De landbouwvrijstelling is niet doeltreffend, niet doelmatig en kan niet gerechtvaardigd worden uit het realiseren van (eventueel wenselijke) neveneffecten. Afschaffing is de logische en uitvoerbare beleidsoptie’.

De landbouwvrijstelling is een fiscale regeling die ervoor zorgt dat een ondernemer die eigen landbouwgrond gebruikt voor het uitoefenen van een landbouwbedrijf een vrijstelling geniet voor waardeveranderingen van de betreffende grond. De vrijstelling bestaat al sinds 1918.

Er wordt al jaren rekening gehouden met afschaffing van de landbouwvrijstelling. In de praktijk wordt hierop geanticipeerd door landbouwgronden te herwaarderen. Herwaarderen kan bij inbreng van landbouwgrond in een samenwerkingsverband waarbij andere vennoten economisch een aandeel krijgen in de ingebrachte grond. Bij een bestaande maatschap of V.O.F. kan er herwaardering plaatsvinden door te schuiven in de restwinst en economisch aandeel in de grond. Door herwaardering wordt de boekwaarde van de landbouwgrond fors hoger. De herwaarderingswinst is  vrijgesteld op basis van de landbouwvrijstelling. De herwaarderingswinst op landbouwgrond waarop herinvesteringsreserve is afgeboekt of waarop een pachtersvoordeel rust, kan niet fiscaal onbelast worden geherwaardeerd. Het advies is om niet te lang te wachten met het toepassen van een herwaardering wanneer dat mogelijk is.

Auteur
Henk Verheuvel
Accountant